Gewone klaproos


Doodsbloemen of bloeddroppels van de soldaten werden ze vroeger wel genoemd omdat ze vooral op massagraven groeiden. Gewone klaproos is dan ook een pioniersplant. Hij groeit op omgewoelde grond. Het is een akkerplant, maar op de hedendaagse akkers krijgt hij weinig kans. In bermen waar gegraven is kan hij plotseling massaal opduiken.
Hij bloeit in de voorzomer. De bloemblaadjes zijn als een soort Japans papier met kreuken op onverwachte plekken. Heel bijzonder. De kleur is prachtig rood. Althans voor ons. Insecten zien het als ultra violet. De vele insecten die op de klaproos af komen zorgen voor kruisbestuiving en dat is nodig voor de vorming van kiemkrachtig zaad.
Heel veel zaad produceert dit lid van de papaver familie, zoals de meeste pioniersplanten. Het zaad zit opgeborgen in een doosje in de vorm van ouderwets lantaarntje. Het werkt als een soort peperbus. In de wind zwiepend worden de zaadjes rond gestrooid. Het getik van het zaad tegen de wand van het doosje zou deze plant de Nederlandse naam “klap” roos opgeleverd hebben.
Joost Kievit