Dubbelloof

Gepubliceerd door Joost Kievit op

Je kan hem tot de varens rekenen, al heeft hij z’n eigen familie. De meeste leden van de dubbellooffamilie komen in de tropen en subtropen voor. Bij ons vind je Dubbelloof vooral in vochtige bossen en langs de randen van greppels op een zure bodem. Van kalk moet hij niet veel hebben. Met de infiltratie van rivierwater in de duinen duikt hij ook daar soms op.

Vroeger werd hij ook wel Grachtvaren genoemd vanwege het voorkomen aan de rand van greppels. Gracht was een ander woord voor greppel. Z’n huidige Nederlandse naam dankt hij aan de twee soorten bladen. Steriele en vruchtbare bladen. Het is een sporenplant en op de achterkant van de vruchtbare bladen komen sporendoosjes. De sporen starten de voortplanting als het ware.

Als de sporen op een geschikte plek terecht komen, groeit daar een klein apart plantje uit. De voorkiem genoemd. Met vrouwelijke en mannelijke geslachtsorganen. Nadat een zaadcel een eicel gevonden heeft, smelten ze samen en kan een nieuwe plant ontstaan. Dubbelloof is een vaste plant die ook als tuinplant wordt verkocht. Hij staat op de rode lijst. Nier zozeer omdat hij zeldzaam is, maar omdat hij afneemt. Joost Kievit

[ssba-buttons]